Lieve vreemdeling,
Labels. Wie is er niet groot mee geworden?
Dat is een jongen. Dat is een meisje. Dat is een emo. En dat is een persoon die handelt in bitcoin met het argument ‘Rot op met het systeem!, dit is pas echt eerlijk: lekker anoniem geld heen en weer schuiven en niemand die het kan controleren.’
Jij bent depressief en jij hebt last van ADD.
Iedereen gelabeld. Iedereen blij. Maar niet heus.
Begrijp me niet verkeerd. Als je al je hele leven tegen problemen aan loopt in de klas, in relaties, in vriendschappen en dan blijkt dat je autisme of ADD hebt, voelt dat als een bevrijding.
Dat begrijp ik! Je snapt jezelf eindelijk en nu kan je je verdiepen in wat dit betekent en of je er wat aan kan doen.
Maar vaak zijn labels vermoeiend. Er wordt je een stoornis aangepraat en je krijgt vervolgens een behandelmethode opgelegd die niet per se je problemen laat verdwijnen.
Psycholoog Paul Verhaeghe heeft een mooie nuancering over het begrip ‘stoornis’. Hij spreekt liever niet van stoornissen maar van problemen.
En wanneer is het een probleem? Als je er zelf last van hebt en het een ‘normaal’ leven in de weg zit. Dat is het moment om er wat aan te doen.
Psychiater Jim van Os gaat verder.
Hij vindt dat we moeten stoppen met labels. Omdat het niet samenvat waar iemand last van heeft.
Depressie uit zich bij elke ‘patiënt’ namelijk anders. Het is daardoor een containerbegrip geworden.
Het is niet eens objectief vast te stellen of iemand depressie of autisme heeft.
‘Stop een persoon in de scanner en je ziet niets abnormaals in de hersenen.’
Het is niet zoals een gebroken arm.
Daarnaast vindt hij dat de behandeling volgens het handboek allemaal op hetzelfde neerkomen. Of je nou angst, depressie of een psychose hebt, je krijgt dezelfde medicijnen en behandelmethodes aangereikt. Het helpt allemaal een beetje, maar niets helpt echt.
Jim van Os wil dat we onze mentale gezondheid gaan bekijken via gevoelens in plaats van labels.
We gebruiken namelijk gevoelens als gids in deze wereld. Ze helpen ons beslissingen te nemen in het leven.
Als je naar de lift toe loopt om beneden een goed kopje koffie te gaan halen, zie je die uit-de-mond-stinkende collega bij de lift wachten. Je voelt walging en je wil vluchten. Want het laatste wat je wil, is de helft van je pauze luisteren naar deze collega en je sociaal heel ongemakkelijk voelen. Je glimlacht geforceerd en loopt snel door naar de wc, waar je jezelf opsluit en maar naar je telefoonscherm gaat staren, net zolang tot je denkt: die persoon is nu weg met de lift, nu kan ik wel veilig naar beneden. Net zoals je tegelijkertijd denkt: wat ben ik toch een raar persoon.
Als je je afvraagt of dit voorbeeld over mijn leven gaat. Ja!
Ik sluit me graag op in het toilet om mensen te vermijden.
Zo rol ik.
Goed.
Ik ga verder.
Gevoelens begeleiden je!
Volgens Van Os hebben we allemaal gevoelens van angst, somberheid, euforie, controle, nieuwsgierigheid en achterdocht. Bij de ene persoon is het ene gevoel van nature meer aanwezig dan bij de andere persoon.
Het wordt pas psychisch lijden als deze normale gevoelens extreme gevoelens worden.
Dus normale angst wordt extreme angst. Het beetje argwaan wordt psychotische achterdocht.
Deze extreme gevoelens zijn altijd een reactie op onze omgeving. De ‘context’. Niet te verwarren met een kont-tekst.
Zeg maar een tekst die je zelf gemaakt hebt en dan terugleest en dan denkt: WAT IS DIT VOOR WALGELIJKE TEKST DIE ER UIT MIJ IS GEKOMEN?
Kortom: een kont-tekst.
(En besef nu dat ik heel hard heb gelachen toen ik dit bovenste schreef en me vervolgens schaamde omdat de buren me gehoord moeten hebben.)
(Lachen om mezelf en me vervolgens schamen is mij niet vreemd. Jim van Os zou trots op me zijn. Want ik had ook een stoornis op mij kunnen plakken. Maar zo ben ik niet. Ik ben niet een stoornis.)
Oké.
Goed.
Ahum.
We zijn allemaal wel eens somber.
Maar iemand met depressieve klachten, ervaart gevoelens van somberheid als enorme pieken.
Bij een normale emotieregulatie gaat een gevoel altijd weer snel naar beneden. Maar bij depressieve klachten keert een gevoel niet terug naar de ‘normale waarde’. Het voelt alsof het nooit meer weggaat.
De psychiatrie kan hierbij helpen, om die gevoelens weer terug te brengen naar de normale waarden.
Dit kan niet zonder de context (geen kont-tekst dus) van een persoon te begrijpen.
Van Os omschrijft zes contexten die zorgen voor psychisch lijden:
- Existentieel. Waar gaat je leven naartoe. Heeft je leven zin? Ben je blij met je baan? Je relatie?
- Sociaal. Heb je conflicten met anderen? Voel je je genegeerd? Gewaardeerd?
- Cultureel. Een samenleving die sneller wordt. Neigt naar perfectie. Prestatiesamenleving. Etc.
- Lichaam. Hoe zitten we in ons vel? Voelen we ons fijn in het lijf? Of juist haat?
- Leefstijl. Verslaving. Te weinig slaap. Te weinig bewegen. Etc.
- Trauma. Heftige gebeurtenissen uit je leven. Scheiding. De dood. Misbruik. Verwaarlozing. Oorlogsgeweld.
Als je deze contexten analyseert, dan krijg je een verhaal dat verklaart waarom iemand zich somber voelt.
Je bent vroeger veel gepest. Je hebt daardoor gevoelens dat je er niet bijhoort. Iemand slaat je bij een vergadering over en je hebt meteen het idee dat ze je niet mogen. Dit gevoel van onmacht uit je door ongezond te eten en ’s avonds te veel wijn te drinken. Je voelt je angstig en somber. Deze gevoelens overheersen je dagelijkse leven. De angst is de baas.
En deze diagnose, zegt Jim van Os, is helpender dan zeggen: aan de hand van de ingevulde vragen kom ik tot de conclusie dat je het label depressie hebt. Hier, slik deze pil. Hier, vul dit g-schema in. Succes.
Dus kap met labels en onderzoek de context. Als je de context begrijpt, kan je werken aan herstel.
Amen.
Zie hoe Jim van Os het in zijn eigen woorden uitlegt op joetjup.
Liefs,
Tomson
Ik wissel mijn dinsdagmail af met mini-essays (een gedachtegang die ik kort en bondig onderzoek) en langere betogen over gevoelens