Ik ben niet goed genoeg
(Freuds theorie en Lacans twist daarop.)
Lieve vreemdeling,
De bekendste theorie van Freud is die van de mama- en papa-issues.
Ook wel het Oedipus- en Elektracomplex genoemd.
Ik zal het in sneltreinvaart toelichten en je daarna een alternatief van Lacan voorschotelen.
Here we go.
Je wordt geboren.
- Je ziet dat je een piemel hebt (als jongen) of het gebrek daaraan (als meisje).
- Je ziet als jongen dat je vader er ook een heeft en dat maakt je hetzelfde. Je identificeert je ermee.
- Je ziet als meisje dat je moeder ook geen piemel heeft en dat maakt je hetzelfde. Je identificeert je ermee.
Volgens Freud verlangt de jongen ernaar om zijn vader te vermoorden, zodat die zelf verder kan gaan met de moeder. Want de vader verlangt naar de moeder. En je identificeert je met je pa en neemt dus zijn verlangens over.
Omdat dit natuurlijk onmogelijk is, dat vermoorden, verlangt de jongen vervolgens naar iemand die op de moeder lijkt. Of eigenlijk verzamelt die in zijn leven verschillende ‘stand-ins’ van de moeder.
Voor de meisjes geldt iets anders. Ook de meid is boos op de moeder. Maar niet omdat de moeder naar haar vader verlangt. Maar omdat de moeder geen piemel heeft. Net zoals zij.
Ja. Dat lees je goed.
Het gebrek aan een piemel maakt de meiden zo boos op de moeder. En daarom worden ze papa-meisjes. Om de moeder jaloers te maken. En fantaseren de meiden ook nog eens over zwanger worden van hun vader, ter compensatie van de ontbrekende penis. Op die manier krijgen ze een gelijkwaardige status als die van de vader…
Er valt een hoop aan te merken op deze theorie . Sowieso is het een groot kinderachtig mannenperspectief. Het tweede is dat het weinig verklaart als je homo- of biseksueel bent. En hoe zit het als je met één ouder opgroeit? En het is natuurlijk vooral seksistich.
Freuds theorie komt neer op een driehoek tussen de baby, de moeder en de vader.
Ze verlangen allemaal op de een of andere manier naar elkaar.
De baby naar de aandacht van de moeder. De moeder naar de vader of naar de baby. De vader naar de moeder of naar de baby.
Laat de volwassenen eens praten…
De Franse psychoanalyticus Lacan (rip) heeft deze theorie van Freud naar een volwassen niveau gebracht. Door er logica in te brengen.
Hij plaatst in deze driehoek een moederfiguur (hoeft dus niet biologisch te zijn), de baby en een derde element.
Dat derde element kan de vader zijn. Maar het kan ook iets anders zijn waar de moeder naar verlangt. Misschien wel haar werkambities.
Hij koppelt daardoor de biologische seksualiteit volledig los van deze driehoek. Dat is een geniale ingeving.
Het doet er niet toe of je een jongen of een meisje bent. Of er twee moeders in je leven zijn of een vader.
Er is een ‘moederfiguur’, daar ben jij als ‘baby’ en het ‘derde element’ van verlangen.
De baby wil volledig gezien worden door de moederfiguur. Dat is essentieel om te overleven.
Maar de baby komt er ook achter dat de moeder niet alleen bestaat om de baby te dienen. Die moeder heeft ook andere verlangens.
‘Ik ben niet alles voor mijn moeder’ is een heftige realisatie in je ontwikkeling als mens.
Dit geeft een permanent gevoel in de baby dat er iets ‘mist’ in diens leven. Een gat dat nooit vervuld zal worden (essentieel element in Lacan’s denkwijze).
- Het kan dat je als ‘baby’ tussen het verlangen van je moeder in gaat staan, om de aandacht op te eisen.
- Het kan ook zo zijn dat je de verlangens gaat kopiëren.
In de wereld van Lacan is niets zwart-wit (in tegenstelling tot die van Freud). Het zijn denkkaders vanwaaruit je verder kan redeneren.
In Lacans denken is er altijd een verlangen naar je ‘compleet’ voelen aanwezig. Zoals al eerder door mij geschreven, gaat dat verlangen nooit vervuld raken.
Je kan een brug plaatsen tussen wat je mist en waarnaar je verlangt.
Dit wordt de ‘fantasie’ genoemd.
Bijvoorbeeld ‘true love’ of ’bekendheid’.
In Freuds en Lacans wereld gaan ze er niet vanuit dat je zomaar met iemand naar bed gaat omdat je dat fijn vindt. Maar je gaat met iemand naar bed om een ‘fantasie’ te beleven.
Dat wat allemaal ooit in je verleden is ontstaan.
In bed wil je je veilig voelen, of juist de baas spelen, of bepaalde fetisjen uitleven.
Al onze verlangens (ook de niet-seksuele) zijn niet zomaar verlangens. Er zit altijd iets onder.
Maar, wat is dat dan wat daaronder zit?
Wat zijn onze drijfveren?
Freud koppelde het aan instinct en maakte daarin onderscheid. Seksueel instinct of het instinct van zelfbescherming.
Lacan veegt dat allemaal van tafel en zegt dat er maar één grote drijfveer is voor al onze verlangens.
Onze angst om dood te gaan.
Lacan ziet ons leven als een grote herhaling van patronen.
- We missen iets.
- We blijven verschillende manieren zoeken om dat ‘gemis’ op te vullen, door ergens naar te verlangen.
- Niets zal ooit vervullend genoeg voelen.
- Waardoor onze verlangens een herhaling worden.
- Een beweging naar het niets.
- Zoals de dood.
Liefs,
Tomson