Hey jij, Toen ik nog studeerde, keek ik bijna elke maand naar de film Groundhog Day op dvd. Over Phil Connors die elke dag wakker wordt op dezelfde dag. Hij is de enige die zich hier bewust van is. Wat een horror…
Elke dag komt hij dezelfde bedelende, oude, grijze zwerver tegen. De eerste paar keer negeert hij de beste man. Phil is elke dag weer bezig om uit deze tijdloop te komen. Maar niets lukt. Zelfs als Phil zelfmoord pleegt, laat het hem wakker worden in hetzelfde bed op dezelfde dag.
Hij wordt zich meer bewust van de mensen in het stadje. Zoals die zwerver. Hij geeft hem de ene dag geld. Een ander moment brengt hij de beste man naar het ziekenhuis om hem even na te laten kijken. Maar daar sterft de zwerver. Phil probeert daarna elke dag weer de dood van deze zwerver te voorkomen. Hij geeft hem eten. Probeert hem te reanimeren als hij wegvalt. Maar wat hij ook doet… De man blijft elke dag sterven. Of zoals een zuster in het ziekenhuis aan Phil uitlegt: ‘Sommige mensen gaan gewoon dood.’
Er zit iets tragisch in weten wat er gaat gebeuren.
Ik moest aan deze film denken bij het lezen van Nietzsches debuut De geboorte van de tragedie.
Een veel te ingewikkeld, nauwelijks doorheen te komen gedrocht. Ik raad het je af om het zelf te lezen. Je kan beter een samenvatting op YouTube opsporen. Het grappige is overigens dat Nietzsche zijn eigen boek in het later toegevoegde voorwoord ook volledig afkraakt. Zelfkennis had hij wel… Hahaha.
Anyhow.
De Duitse filosoof schetst in het boek twee werelden. De eerste is die van de droom, de orde en het fatsoen. Deze wereld wordt vertegenwoordigd door de Griekse god Apollo. Dat uit zich via kunst in beeldhouwen en epische verhalen schrijven.
Daartegenover staat de roes, het opgaan in drank en drugs, verzanden in waanzin en natuurlijke driften. Deze vind je terug in de god Dionysus. Dat uit zich via de kunst in muziek maken en teksten zingen bijvoorbeeld.
Deze twee goden waren beiden beschermheren voor de kunst in het oude Griekenland.
Volgens Nietzsche is uit deze twee Griekse wereldbeelden de Griekse tragedie ontstaan. Een toneelvorm waarin we via zang, epische verhalen, koren en dialoog personages zien lijden en uiteindelijk ook gestraft zien worden voor hun hoogmoed. De orde en de roes worden als het ware samengebracht.
Een voorbeeld van zo’n hoogmoedverhaal is dat van koning Midas. Die mocht een wens doen bij god Dionysus en wenste dat alles wat hij aanraakte in goud zou veranderen. Want hij wilde nog rijker worden. Alleen toen die wens in vervulling ging, kwam hij erachter dat zijn geliefden, zijn familie en zelfs zijn eten bij aanraking in goud veranderden… Wat is daar nou leuk aan? Hoogmoed komt voor de val…
Imagine Dragons zingt er zelfs over in het liedje ‘Gold’.
Een Griekse tragedie zou zo’n mythisch verhaal als een toneelstuk opvoeren via een koor, zang, een vastgestelde structuur van een verhaal.
Waarom hadden de Grieken deze unieke kunstvorm uitgevonden? Volgens Nietzsche omdat de Grieken enorme pessimisten waren. Het leven was lijden. Iedereen gaat dood. Niet alleen dat. We beseffen allemaal dat we dood gaan. Wat het leven dubbel zo zwaar maakt.
Hoe moet je als mens omgaan met dit besef?
De Grieken vonden troost door de wereld van de goden te verzinnen. Al die bekende mythologische verhalen. En die verhalen uitten ze via kunstwerken. Via tempels. Via het brengen van offers. Het ene moment voerde Apollo de boventoon in de samenleving. Het andere moment Dionysus. En toen kwamen deze twee vormen samen in de kunst als de Griekse tragedie.
Daarna vervalt deze kunstvorm en keert die niet meer terug. Dit gebeurde al in het oude Griekenland. Volgens de Duitser werd Dionysus gewoon letterlijk van het podium gekickt. Apollo ging weer de boventoon voeren. Optimistische, dromerige epos toneelstukken. En de invloeden van de mythe, het instinct, onze natuurlijke driften en het pessimisme verdwenen volledig uit de samenleving.
Hij betoogt dat de mensheid tot op de dag van vandaag nog steeds onder invloed van Apollo staat. We zijn rationele mensen geworden, die alles willen verklaren. Die altijd geloven dat het beter kan. We leven in een blijmoedige, optimistische droomwereld.
Maar hij vraagt zich hardop af: ‘Wanneer lopen we tegen de grens van alles willen weten aan? Wanneer komen we iets tegen dat we niet meer kunnen verklaren? Hoe gaan we daar mee om?’
We kunnen daar alleen maar mee omgaan als mens, door weer meer Dionysische kunst te maken. Door te beseffen dat we niet op alles een antwoord hoeven te hebben. Meer roes. Meer pessimisme. Meer terug naar ons oerinstinct van één zijn met de natuur.
Bij het lezen hiervan moest ik dus aan Phil Connor denken uit Groundhog Day. Die wist wat het lot van de zwerver was. Hij probeerde met deze kennis de arme man te redden. Elke dag weer. Maar tevergeefs… Soms gaan mensen gewoon dood.
Soms is de wereld niet maakbaar. Ook al lijkt het zo. Liefs, Tomson |