Lieve vreemdeling,
De klassieke manier van vertellen: begin, midden, einde. Of anders gezegd: introductie, midden, conclusie.
Stop daarmee. Begin direct met het einde. Vertel wat je te vertellen hebt. Leg pas later in je tekst de hoe en het waarom uit.
We hebben allemaal haast. We hebben geen zin meer in een striptease. Uit die kleren. Actie!
Klinkt banaal. Ik weet het. Maar we leven in banale tijden. Slechts twee seconden zijn er nodig om een tekst weg te klikken en met je ex te praten.
Zeg niet: ‘Ik zat gisteravond weer aan je te denken. Lijkt me leuk om af te spreken. Misschien ergens in april? Wat denk jij?’
Nee.
Schrijf meteen: ‘Laten we koffie drinken en daarna intergalactische avonturen tussen de lakens beleven.’
Schrijf niet: ‘Hij wilde na maanden daten met me afspreken, overdag.’
Schrijf: ‘Op klaarlichte dag in een restaurant zei hij: ik wil niet meer.’
Het is het middenstuk waar het in al die teksten om draait. Daarom lezen mensen het.
Zie het zoals de best bezochte film ooit: Titanic 🚢.
Iedereen wist voordat ze de bioscoop ingingen dat het schip ging zinken. Toch gingen mensen erheen om te kijken hoe dat schip precies zonk.
(Denk ik. I dunno. Ik heb de fascinatie voor deze film nooit helemaal begrepen. Als jij hier een theorie over hebt, reply en laat het me weten.)
In mijn micro-lessen vertel ik in 350 woorden (of minder) hoe je van je tragedie kunst maakt. In mijn meso-lessen vertel ik je in 1.000 woorden of minder hoe je dat doet. In mijn macro-lessen is er geen plafond: alleen maar kwetsbaarheid.
​