Volgens Lacan moeten we de imaginaire wereld verlaten en naar onszelf kijken via de symbolische en reële wereld.
Deze drie werelden lopen dwars door elkaar heen in ons dagelijks leven.
Ik zal je een voorbeeld geven aan de hand van een sollicitatie.
Als je een sollicitatie hebt, trek je je netste kleren aan. Dat is het ‘imaginaire’.
Je kleedt je aan zoals je jezelf ‘netjes’ ziet én wat de ander waarschijnlijk van je zal verwachten.
Het sollicitatiegesprek zelf zit in de ‘symbolische wereld’.
Het gesprek vindt plaats in een gesloten ruimte, met maximaal drie mensen tegenover je. Ze nemen je cv door, praten over je motivatie, leggen uit wat de vacature inhoudt.
Het zou gek zijn als je een sollicitatie om tien uur ’s avonds al dansend in de kroeg hebt, toch?
Ook de taal die we in het sollicitatiegesprek gebruiken, is symboliek. Het zegt alles over de mensen en de situatie. Het is vrij normaal om bij een sollicitatiegesprek woorden te gebruiken als 1 FTE. Maar als het gaat om de vaatwasser thuis, klinkt het toch gek om dagelijks 0,1 FTE te reserveren voor het in- en uitruimen van de borden en glazen.
De ‘reële’ wereld is die waar je geen woorden voor kan vinden.
Het is dat onderbuikgevoel na het sollicitatiegesprek waarin je je van je beste kant hebt laten zien. Dat ‘gevoel’ of er een klik was of niet.
Dit is de paradox: De ‘realiteit’ die we denken te zien, is de symbolische en imaginaire wereld. De echte realiteit kunnen we slechts voelen, zonder die goed te kunnen duiden.
Om ons te verlossen van dat perfecte zelfbeeld via het ego, zullen we via de symbolische en reële wereld naar onszelf moeten kijken.
Welke woorden gebruiken we? Welke verlangens liggen daaronder? Wat zegt ons onderbuikgevoel over wie we echt zijn? Waarom willen we onszelf op deze manier presenteren? Welke pijn ligt daaronder?
Wat willen we nu ‘echt’ in het leven?
Volgen we het plichtmatige pad van de verwachtingen van onze ouders en de maatschappij? Of borrelt er iets in ons dat zo graag een andere kant op wil?
En misschien nog wel de belangrijkste vraag bij elke keuze die we maken…
Voor WIE doen we dit allemaal?
In Lacan’s wereld heet dit ‘the big Other’.
Er is altijd een ‘onzichtbare kracht’ die met je meekijkt.
Een stem uit het verleden die zei dat je niks waard was. Of iets waar je indruk op wil maken.
Ik had ooit een collega die altijd over zichzelf sprak in overdreven vorm.
We hadden het erover dat ik weleens aan bootcampen deed. Hij zei: ‘Oh, dat heb ik ook weleens gedaan bij mijn vorige werk met een drill-instructeur. En daar zaten heel fanatieke sporters tussen. Maar die zaten er echt na vier oefeningen volledig doorheen en ik dacht: ik kan nog wel even.’
Een fascinerend verhaal dat ‘ie ophangt, vind je niet?
Dat we het over bootcamp hebben en hij niet alleen de behoefte heeft om zijn ervaring te vertellen, maar ook duidelijk wil maken hoeveel beter hij was dan anderen.
Dit was elke keer met hem. Het maakte niet uit over wat voor onderwerp hij sprak, hij was de beste, de grootste, de mooiste.
Denk nu niet dat hij dit deed om indruk op me te maken. Althans, zo ervaarde ik het niet. Want hij had een zachtaardig, sociaal karakter en zelfs bescheidenheid in zich.
Ik kreeg het vermoeden dat hij tegen een onzichtbaar persoon praatte bij dit soort onderwerpen. Een spook uit het verleden dat hem altijd het gevoel gaf dat hij niet goed genoeg was. En nu compenseert die het met ‘ego’-gedrag. De perfecte wereld laten zien in overdreven vorm. ‘Ik was toch even tegen ieders verwachting in de beste.’
The big Other (met hoofdletter).
En die big Other is ook zichtbaar op (daar is ‘ie weer) de Instagram-wall van mensen.
Goed. Hoe breek je je ego af?
✍🏻 Schrijf-reflectie oefening
Ik ga je op vakantie sturen naar Australië en ik weet nu al dat je Instagram-wall volgespamd gaat worden met foto’s van deze ervaring.
Voor wie maak je eigenlijk die vakantiefoto’s?
Voor jezelf als ‘herinnering’?
Voor de achterblijvers?
En op wie probeer je indruk te maken?
Wie is de big Other?
En welk beeld probeer je in al die foto’s van jezelf te laten zien: vrijheid, genieten, cultuur?
Je onthult je eigen ‘ego’ in deze denkoefening.
💡 Volgens de theorie van Lacan is je ego een zelfbeeld waarin je ‘perfect’ bent.
En wat als ik zeg: je mag geen foto’s maken, niets opschrijven en vooral niets delen op sociale media.
Zou je het nog steeds doen?
En zou je het doen als je helemaal niemand mee mag nemen?
Wat zijn eigenlijk je daadwerkelijke verlangens die vervuld worden op zo’n vakantie naar een ver continent als je het met niemand kan en mag delen?
Die laatste vraag mag je beantwoorden in een mini-schrijfsessie met jezelf.
Liefs,
Tomson
PS
Mijn resultaat
PPS
Dit was de laatste ‘Lacan’ mail. Maar als je meer wil, zeg het me. Dan ga ik me er meer in verdiepen.
PPPS
Ik heb Saturnus inmiddels verzonden naar mijn Engelen (voor niets). De andere bestellingen volgen vrijdag. Als je er ook een wil, ik heb er nog een paar liggen. Exclusief voor mijn petjeaf-lezers 🤩🤩🤩🤩🤩🤩🤩🤩.