🍿 La haine

Bijna dertig jaar na het verschijnen, heb ik eindelijk de klassieke film La Haine gezien.

We volgen in de film 24 uur lang drie gastjes uit de buitenwijk van Parijs.

Saïd heeft een Arabische achtergrond. Vincent een wit-joodse. En de derde heet Hubert, met een Afrikaanse achtergrond.

Het is poëtisch én rauw. Grappig én schrijnend. En als je de moeite neemt om je telefoon weg te leggen, word je in anderhalf uur tijd opgezogen in deze wereld. Het kan niet anders dan dat dit je nieuwe favoriete Franse film wordt.

Saïd, Vincent en Hubert.

De film begint in de ochtend, net nadat in de afgelopen nacht gereld is in een Parijse buitenwijk. De aanleiding van de rellen is bruut politiegeweld tegen een jongen. Die jongen ligt nu in coma in het ziekenhuis.

Saïd, Hubert en Vincent maken zich zorgen om deze vriend.

Vincent is degene met een kort lontje. En een grote mond: als de jongen vannacht overlijdt in het ziekenhuis, zal hij als vergelding een politieagent neerschieten, roept hij elke keer.

Hubert snapt zijn grote mond niet. Haat voeden met haat is een cirkel die nooit gaat eindigen. En alsof Vincent echt de trekker van een pistool durft over te halen.

(La haine betekent overigens haat)

Saïd komt elke keer tussenbeide om ze tot rust te brengen. Hij is de praatgrage, grappige jongen.

We volgen het drietal de hele dag bij hun avonturen. Tevergeefs vrouwen versieren. In auto’s inbreken. In een hinderlaag van de politie lopen. Een kunstreceptie verstieren. Naar een bokswedstrijd reizen.

Je ziet in alles dat het ‘jongens van de buitenwijk’ zijn. Het draait om respect. Politie is nooit je vriend. Niemand heeft geld. Je dreigt altijd met geweld en moord.

Ze zijn ook echte zuigers. Ze zoeken verbaal de confrontatie op met ‘de beschaafde’ wereld. Ze voelen zich onbegrepen en tegelijkertijd doen ze ook niet echt hun best om geliefd te zijn. Terwijl je ondanks hun machogedrag het kleine hartje wel ziet, snap je?

Maar je ziet tegelijkertijd hoe ze zonder aanleiding gewantrouwd en gediscrimineerd worden door de politie, skinheads en flatbewoners.

Het is een complexe dynamiek tussen hen en de rest van de wereld.

Je krijgt als kijker sympathie voor ze en je wantrouwt ze tegelijkertijd. Laten we wel wezen: ze zullen gewoon je portemonnee stelen, terwijl ze grapjes met je maken en ze je als vriend aanspreken, begrijp je?

Je voelt ook in elke scène in de film een bepaalde dreiging, die maar niet ingelost wordt. Je voelt aan alles: wanneer lopen ze een verkeerde steeg in en gaat het helemaal mis? Terwijl zij al ruziemakend, grappend, zeurend en blowend de dag doorkomen.

Tijdens het laatste kwartier van de film komt er een bijna poëtische (licht filosofische) diepgang in de film, die je recht in je hart raakt. Als de drie jongens in de binnenstad van Parijs diep in de nacht op een dak een joint roken, naar de Eifeltoren kijken en praten over de uitdrukking: Jusqu’ici tout va bien.

‘Tot nu toe gaat het goed.’

Wat zegt de man die van een 50-tellende verdieping naar beneden wordt gegooid bij elk balkon dat hij passeert? ‘Tot nu toe gaat het goed.’

De mannen komen tot de conclusie: het gaat in het leven niet om hoe je naar beneden valt, maar hoe je op de grond terechtkomt.

Ik verklap verder niks meer, maar man, man, man.

Oké.

Nu even over de impact van deze film.

We zijn nu dertig jaar verder.

De film was in 1995 een sensatie in heel de wereld, maar vooral Frankrijk zelf. Voor het eerst werd een stem gegeven aan de mensen in de achterbuurt. Die zagen zichzelf en hun buurt herkenbaar geportretteerd in een kunstzinnige film.

En de film wierp een maatschappelijke discussie op. Hoe komt het toch dat al tientallen jaren lang honderden mensen uit de Franse buitenwijken overlijden door politiegeweld tijdens of na hun arrestatie?

De regisseur Mathieu Kassovitz had niet de illusie dat de film hier verandering in zou brengen. Hij had wel gehoopt op een veranderende houding in de samenleving.

Door de populariteit van de film bleven journalisten hem maar opzoeken voor interviews. Terwijl hij zei: ga die buitenwijk in. Praat met de mensen daar. Geef hun een stem. Niet mij.

Dat gebeurde dus niet.

Nu bijna dertig jaar later is er eigenlijk ook niet veel veranderd. Om de zoveel jaar breken er opnieuw rellen uit in de buitenwijken van bijvoorbeeld Parijs. En bijna altijd is de aanleiding politiegeweld.

Mathieu Kassovitz zegt in The Guardian:

‘You need society to go all the way and collapse, and then you change it. You can’t change a machine that is perfect: capitalism. It’s not good, but it’s perfect. It’s working.’

Dat is helaas een deprimerende gedachte. Maar hij heeft wel gelijk.

Ik heb de film op NLziet en NPO Plus gekeken.

En lees dit mooie artikel uit 2020 over de impact van de film.

Liefs,

Tomson

Tomson
Ik doe het altijd met condoom en gebruik nooit drugs

Leave a Comment